Vanaf januari 2013 kent Nederland de Nationale Politie. Daarbinnen nemen de basisteams een belangrijke plaats in. Recent is een onderzoek afgerond naar de inrichting en het functioneren van deze basisteams binnen de Nationale Politie. Het onderzoek laat zien dat het bij de verdere ontwikkeling van de basisteams belangrijk is voldoende ruimte te houden voor lokale invulling. Bovendien blijken leiding en sturing van de omvangrijke basisteams vaak lastig en zwaar. Voor mensen op de werkvloer is dat in veel gevallen complex en ondoorzichtig. De behoefte onder medewerkers tot herkenbare sociale verbanden en een voor alle onderwerpen aanspreekbare leiding blijkt groot. Hoewel gebiedsgebonden politiewerk belangrijk wordt gevonden, blijkt het werk van de basisteams toch vaak overwegend reactief te zijn. Rond de positie van wijkagenten als regisseur is nog veel onduidelijkheid.
Een van de centrale doelstellingen van deze nieuwe organisatie is om bij een aanzienlijke centralisatie van het beheer, de politie lokaal goed in te bedden. Bovendien zou het politiewerk moeten worden afgestemd op lokale verhoudingen en problemen. Om dat te realiseren is in de nieuwe politieorganisatie een belangrijke plaats toegekend aan de basisteams. Deze zouden volgens de plannen over voldoende middelen moeten beschikken om op lokaal niveau de meest voorkomende politietaken zelfstandig uit te kunnen voeren. Bovendien moeten deze teams daarbij over de noodzakelijke slagkracht kunnen beschikken. De vaksectie Strafrecht & Criminologie van de Radboud Universiteit heeft onderzocht hoe deze basisteams zijn ingericht en functioneren. Het onderzoek vond plaats bijna drie jaar nadat de Nationale Politie van start was gegaan.
In totaal zijn 6 basisteams onderzocht. Het gaat daarbij om zowel grootstedelijke teams als teams in plattelandsgebieden. In het onderzoek zijn medewerkers van de onderzochte basisteams geïnterviewd en is de dagelijkse gang van zaken geobserveerd. Daarbij is aandacht besteed aan de belangrijkste taken van de basisteams: noodhulp, wijkwerk, de afhandeling van veel voorkomende criminaliteit en intake & service. Bovendien is nagegaan hoe de sturing van het politiewerk in de praktijk verloopt en op welke wijze binnen de basisteams het gebiedsgebonden politiewerk gestalte krijgt.
Binnen de Nationale Politie blijken in de praktijk aanzienlijke verschillen in de inrichting en het functioneren van de lokale politieteams. Vooral de verschillen tussen de stedelijke teams en plattelandsteams vallen op. Het streven om binnen de vaak grote basisteams kleinere subteams te onderscheiden, die functioneel zijn voor het dagelijkse werk en een herkenbare binding bieden aan politiemensen, blijkt in de praktijk lastig te realiseren.
De wijze waarop de sturing van het politiewerk in de basisteams is georganiseerd, is in de praktijk voor medewerkers op de werkvloer vaak complex en onoverzichtelijk. De onderzoekers constateren dat de relatie tussen de teams en burgers verder is geformaliseerd en vaak onpersoonlijker is geworden. Vooral in de plattelandsteams wordt de afstand als een belangrijk aandachtspunt ervaren. Dit uit zich daar niet alleen in langere aanrijtijden, maar ook in de grotere afstand tot burgers, vooral in de wat meer afgelegen dorpen.