Voor het welzijn en het denkvermogen (cognitief functioneren) van ouderen is bewegen van groot belang. Als de cognitieve functies als geheugen, aandacht en redeneren minder snel afnemen, kunnen ouderen langer zelfredzaam blijven. Maar meer dan 60% van de Nederlandse 65-plussers met een chronische aandoening en een fysieke beperking bewegen niet voldoende. Hoe zit dit bij ouderen die door een fysieke beperking niet goed kunnen bewegen?
De Open Universiteit start nu, met een bijdrage van € 150.000 van de Hersenstichting, een vierjarig onderzoek naar bewegen en het cognitief functioneren van ouderen met een bewegingsbeperking.
Langer zelfstandig
Onderzoek heeft uitgewezen dat bij ouderen een combinatie van het trainen van uithoudingsvermogen, balans, kracht en mobiliteitstraining het meeste effect heeft op cognitieve functies zoals plannen en initiatief nemen. Beweging helpt ook om het geheugen op peil te houden, waardoor mensen langer dagelijkse dingen als koken en wassen zelfstandig kunnen blijven doen. Daarnaast neemt het risico op het ontwikkelen van hersenaandoeningen zoals dementie, af. Door te bewegen zouden ouderen dus langer zelfstandig kunnen blijven wonen.
Echter is er helaas nog niet gekeken naar ouderen die niet goed kunnen bewegen en de specifieke combinatie van training niet kunnen uitvoeren. Ook is niet bekend of andere vormen van beweging (zoals zwemmen) een effect hebben en hoe intens en hoe vaak men dan deze vorm moet uitvoeren.
Grote groep ouderen
Er lopen op dit moment in Nederland een aantal onderzoeken naar de invloed van specifieke vormen van beweegtraining op het verminderen van de cognitieve achteruitgang bij ouderen met een milde vorm van dementie of een verhoogd risico op dementie. Echter, ouderen die geestelijk nog gezond zijn, maar moeilijk kunnen bewegen, worden niet meegenomen in dergelijke onderzoeken. Dit nieuwe onderzoek brengt daar verandering in. Dr. Loes van Herten, hoofd van de afdeling Gezonde Hersenen bij de Hersenstichting: ‘We kozen voor deze doelgroep, omdat deze groep tot nu toe nog nauwelijks is bestudeerd, terwijl dit een relatief grote groep betreft in Nederland. Zij kunnen mogelijk ook positieve effecten ondervinden van specifieke vormen van bewegen op hun cognitief functioneren. Daarnaast kunnen de resultaten die gevonden worden bij deze groep ook vertaald worden naar andere groepen ouderen.’
Actief Plus
Omdat ouderen met een lichamelijke beperking sowieso al minder kunnen bewegen, gebruiken de onderzoekers een beweegadviesprogramma dat rekening houdt met die beperkingen. Het beweegprogramma Actief Plus is ontwikkeld door de vakgroep Gezondheidspsychologie van de Open Universiteit en al meerdere malen met succes toegepast om zowel ouderen als groepen patiënten met specifieke klachten meer te doen bewegen.
In het onderzoek, dat nog dit jaar van start gaat, wordt het effect van de lichaamsbeweging op de cognitieve prestaties onderzocht. Met bewegingsmeters worden de intensiteit, frequentie en duur van de activiteiten gemeten. Professor Lilian Lechner, hoogleraar gezondheidspsychologie aan de Open Universiteit, leidt het onderzoek: ‘We hopen antwoord te kunnen geven op de vraag: welk soort activiteiten hebben positief effect op cognitie? Hoe intensief, hoe lang en hoe vaak moet worden bewogen om een positief effect op cognitie te krijgen?’